SWVBrabantseWal-(225)

Vraag en antwoord

Elke school beschrijft in haar schoolgids hoe het onderwijs in die school is georganiseerd. Specifiek voor de ondersteuning heeft de school een schoolondersteuningsprofiel opgesteld. Hierin kunnen ouders lezen welke ondersteuning de school kan bieden en hoe zij dat organiseert. Het schoolondersteuningsprofiel kunt u vinden op de website van de school of op deze website bij het overzicht van de scholen.

Het praktijkonderwijs biedt onderwijs aan leerlingen die veel moeite hebben met leren, vaak een leerachterstand hebben en niet in staat worden geacht een diploma voor vervolgonderwijs te behalen. Het praktijkonderwijs biedt leerlingen extra individuele begeleiding en bereidt hen voor op de arbeidsmarkt.

Het voortgezet speciaal onderwijs is wel ingericht op een diploma. Het onderwijs is afgestemd op specifieke ondersteuningsbehoeften van leerlingen. Scholen voor voortgezet speciaal onderwijs hebben expertise op het gebied van bijvoorbeeld leren, gedrag, taalspraak, lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperkingen.

Een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) is een wettelijk verplichte verklaring die het samenwerkingsverband af kan geven. Deze verklaring is nodig als een leerling naar het voortgezet speciaal onderwijs gaat of naar het praktijkonderwijs.

Er is een speciale commissie belast met het toetsen of een toelaatbaarheidsverklaring moet worden afgegeven. Dit is de Commissie Toelaatbaarheid. In deze commissie buigen deskundigen zich over de vraag welke onderwijsvorm het beste tegemoetkomt aan de ondersteuningsbehoefte van de leerling. Zie ook Commissie Toelaatbaarheid

In de wet is opgenomen dat een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) altijd tijdelijk is. Voor het voortgezet speciaal onderwijs wordt deze voor ten minste een heel schooljaar toegekend. Meestal voor meerdere schooljaren. Het afgeven van een kortdurende TLV is om ervoor te zorgen dat blijvend gekeken wordt naar de ondersteuningsbehoeften van de leerling en/of de school voor speciaal (basis-)onderwijs nog altijd de best passende school is. Indien de ondersteuningsbehoeften dermate veranderd zijn dat de leerling kan terugkeren naar het regulier onderwijs, dan wordt dit traject in gang gezet.

Voor het praktijkonderwijs wordt een toelaatbaarheidsverklaring afgegeven voor de gehele schoolperiode.

Omdat het afgeven van een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) een zwaarwegende beslissing is, schrijft de wet voor dat een TLV wordt afgegeven op basis van een deskundigenadvies van tenminste twee deskundigen. Zij beoordelen het dossier van de leerling onafhankelijk van elkaar. De adviezen van de deskundigen worden schriftelijk vastgelegd en toegevoegd aan de toelaatbaarheidsverklaring.

Het bestuur van het samenwerkingsverband neemt uiteindelijk het besluit over de toelaatbaarheidsverklaring. Dit besluit staat voor belanghebbenden open voor beroep en bezwaar.

Uw aanspreekpunt is altijd de school. Als u denkt dat uw kind extra ondersteuning nodig heeft, neem dan eerst contact op met de leraar of met de ondersteuningscoördinator. Elke school heeft een dergelijke coördinator die voor de leraren en de ouders/verzorgers aanspreekpunt is als het gaat om inzet van extra ondersteuning. Zie ook: Ondersteuning op school

De ondersteuningscoördinator gaat met u in gesprek en kan u meer vertellen over de mogelijkheden voor extra ondersteuning binnen de school en wat de vervolgstappen zijn indien de extra ondersteuning niet toereikend is.

Elke school toetst eerst of het kind een schooladvies heeft gekregen dat past bij de onderwijsrichting van de school. Ook toetst de school of er plaats is in de school. Als er geen plaats is voor een leerling heeft de school dat vooraf kenbaar gemaakt en is dus niet afhankelijk van een individuele leerling.

Elke school moet onderwijs binnen de basisondersteuning kunnen bieden. De basisondersteuning is terug te vinden in het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband.

Elke school heeft zorgplicht. Dit houdt in dat een school die een leerling niet kan plaatsen vanwege de noodzakelijke geachte ondersteuning moet zorgen voor een andere passende plek. Dit geldt voor leerlingen die al op school zitten maar ook voor de leerlingen die officieel door ouders/verzorgers zijn aangemeld.

Als de ondersteuningsmogelijkheden niet toereikend zijn, kan de school, in nauwe afstemming met de ouders/verzorgers, expertise of extra ondersteuning aanvragen via het samenwerkingsverband. Ook is het mogelijk dat de school tijdelijk een arrangement van het samenwerkingsverband in wil zetten of een aanvraag wil indienen voor een toelaatbaarheidsverklaring voor het voortgezet speciaal onderwijs. Zie ook: Ondersteuning buiten de school.

Krijgt uw kind een toelaatbaarheidsverklaring voor het voortgezet speciaal onderwijs of voor het praktijkonderwijs? Dan zoekt de huidige school samen met u naar een goede plek. Met de toelaatbaarheidsverklaring meldt u uw kind vervolgens zelf aan op de nieuwe school.

Als u het niet eens bent met het aanbod van de school, gaat u eerst met de school in gesprek. Wanneer u er met elkaar niet uitkomt, kan het samenwerkingsverband worden betrokken. De transfercoach van het samenwerkingsverband kan bemiddelen. Indien dit niet tot het gewenste resultaat leidt, kunt u een beroep doen op een onderwijs(zorg)consulent. Ook kan de consulent advies geven of bemiddelen wanneer uw kind thuis zit zonder uitzicht op een passende plek. Onderwijsconsulenten kiezen geen partij, maar wijzen wel op rechten en plichten. Let op: u kunt pas een onderwijsconsulent inroepen nadat het samenwerkingsverband betrokken is. Indien u het daarna nog niet eens wordt met de school, kunt u terecht bij de geschillencommissie. Zie ook: Wat te doen bij klachten?

Voor verdere informatie kunt u terecht op de website: www.onderwijsconsulenten.nl

Uw kind kreeg op de basisschool waarschijnlijk al veel extra ondersteuning. Bespreek met de basisschool welke mogelijkheden er zijn voor de vervolgopleiding. De basisschool geeft een schooladvies. Dat advies zegt iets over de uitstroomverwachting voor uw kind. Daarnaast helpt de basisschool u met de keuze voor extra ondersteuning.

Met het advies van de basisschool gaat u zelf uw kind aanmelden op een school. De school waar u uw kind aanmeldt, helpt u verder als een toelaatbaarheidsverklaring nodig is.

Het samenwerkingsverband ontvangt geld van het Ministerie van Onderwijs voor extra ondersteuning. Dit geld wordt besteed op basis van de afspraken die binnen het samenwerkingsverband zijn gemaakt. Zo is altijd maatwerk mogelijk en kan het geld zoveel mogelijk worden gebruikt voor de benodigde ondersteuning op de reguliere school.

Voor sommige kinderen is ook inzet van jeugdhulp nodig, soms thuis, soms op school of beide. De jeugdhulp wordt gefinancierd door de gemeente waar de leerling woont.

Een goede afstemming tussen onderwijs en jeugdzorg is van belang voor het welslagen van de ondersteuning. Deze afstemming vindt plaats in het schoolondersteuningsteam van de school. Zie ook: Schoolondersteuningsteam

Elke school moet basisondersteuning kunnen bieden volgens het Protocol Leesproblemen en Dyslexie. Indien er vermoedens bestaan van (ernstige enkelvoudige) dyslexie wordt door de ondersteuningscoördinator van de school het ‘leerlingdossier dyslexie’ ingevuld en voorgelegd aan jeugdprofessional van de gemeente. Deze jeugdprofessional fungeert als poortwachter en bekijkt in hoeverre het aangeleverde dossier voldoet aan de eisen om in aanmerking te komen voor vergoede diagnostiek en behandeling. De (vergoeding van de) diagnostiek en behandeling wordt geregeld door de gemeente.

Leerlingen die speciaal onderwijs nodig hebben, zijn meestal aangewezen op leerlingenvervoer. Dit vervoer wordt georganiseerd door de desbetreffende gemeente. Per leerling wordt bekeken of vervoer nodig is, of dat de leerling zelfstandig naar de desbetreffende school kan reizen en of er op kortere afstand alternatieve oplossingen zijn. Het betreft hier zowel de leerlingen die een toelaatbaarheidsverklaring hebben als de leerlingen die een speciaal arrangement hebben.

U meldt uw kind aan bij de school van uw keuze. Elke school heeft zorgplicht en bekijkt samen met u wat er nodig is en of de school voldoende kan aansluiten bij wat uw kind nodig heeft. Als uw kind in het bezit is van een toelaatbaarheidsverklaring dient u dit te melden bij de aanmelding. In de meeste gevallen zoeken ouders naar de school met dezelfde expertise als de school van herkomst.

Samenwerkingsverband Brabantse Wal VO is actief in de gemeenten Woensdrecht, Bergen op Zoom, Steenbergen en Tholen.

Zie ook: Jeugdhulp en samenwerking met gemeenten

U kunt uw vraag voorleggen aan de ondersteuningscoördinator van de school.

Ook kunt u een bericht sturen naar de secretaresse van het samenwerkingsverband cynthia.wagenaars@swvbrabantsewal.nl. Zij zet uw vragen dan door naar de juiste professional binnen ons team.